Maandelijks archief: januari 2006

Zondagmorgenschrik

Zondagmorgen. Voorheen zo’n bijzonder rustpunt in de week. Het is nog vroeg (ondanks dat het laat werd) en met een kopje koffie spit ik de zaterdagkrant door. Rustig en genietend sla ik een pagina om en zie een enorme foto van Hans Hoogervorst. Daaronder staat met grote letters een uitspraak:
“Ik verdien een plaats in de geschiedenisboeken.”

Het wordt licht in mijn hoofd en een harde fluittoon klinkt in mijn oren. Ik grijp mij aan de tafel vast om te voorkomen dat ik omval. Even bijkomen met een kopje koffie lijkt verstandig. Met weemoed denk ik terug aan de tijd dat Ministers nog gezond waren. Rita Verdonk heeft me deze week ook al zo laten schrikken met haar uitspraak dat zij veel mailtjes krijgt van mensen die zich unheimisch voelen op straat als er geen Nederlands wordt gesproken. Driftig bladeren in De Dikke Cornette leverde geen resultaten wat betreft het woord unheimisch. Ze had natuurlijk het puur Nederlandse woord Unheimlich moeten gebruiken. Nou ja, net als Cornette zeker veel op de gang gestaan tijdens Duitse Nederlandse les. Niettemin zijn het klappen die een mens tijdens zo’n week te verwerken krijgt en dan nog wel op de vroege zondagmorgen. Om de bloeddruk weer wat naar beneden te krijgen zoek ik wanhopig naar het “sorry” van Alexander Pechtold. Maar nee, we zeggen geen sorry meer want daar moet iedereen inmiddels zo om lachen. In plaats daarvan lees ik dat Bert Bakker ons aan het voorbereiden is op het Ja van D66 inzake Afghanistan “want we willen Wouter Bos niet aan het premierschap helpen”. Hoezo principes? Hoezo vasthouden aan je denkbeelden? Hoezo luisteren naar je achterban?
Vastberaden neem ik een drastisch besluit. Nog vandaag ga ik op zoek naar de dichtsbijzijnde Plattelandsvrouwen Vereniging en bemoei me niet meer met politiek. Breien voor Brazilië, punniken voor Peru, haken voor Honduras, taarten voor Tibet. Ik heb wel wat gezonders te doen dan de dikke zaterdagkrant te lezen.

Geklets in de ruimte

Er is een nieuwe planeet ontdekt die erg veel lijkt op onze Aarde. Het is er 220 graden onder nul. Die kant gaan wij ook op. De warme golfstroom neemt af en zal binnen afzienbare tijd verdwijnen waardoor in Europa de winters (of was het zomers?) rap kouder zullen worden. Gelukkig is het ook zo dat wij met z’n allen teveel alcohol nuttigen. Meer dan 25 (of was het 20?) glazen per week tasten je geheugen aan. En dat geldt nog sterker voor jongeren onder de 24 (of was het 22?) want van die groep zijn de hersenen nog in de groei. Over 20 jaar (of was het 15?) zitten wij dus met een hele grote en jonge generatie Korsakovpatienten die nog wel kunnen zingen als Liesbeth List erbij is maar verder niet meer weten hoe warm de zomers (of waren het winters?) vroeger waren. We moeten dus snel veel verpleeghuizen bouwen of Liesbeth List gaan klonen. Minder drinken is geen optie want daarvoor is het weer te koud (of was het te warm?) en bovendien is dat slecht voor de schatkist. Nou ja, boven de 22 (of was het 23?) mag je wel 25 (of was het 20?) glazen in de week. De zomers (of was het winters?) worden wel steeds warmer dankzij het broeikaseffect. Maar het voordeel blijft dat we ons dat straks allemaal niet meer kunnen herinneren. Nu snap je gelijk waarom steeds meer wijnflessen een schroefdop krijgen. Straks weten we niet meer waar de kurketrekker gebleven is.
Met mijn geheugen is gelukkig nog niks mis.

Izzy TPG

Nederlands spreken. Wij moeten Nederlands spreken op straat begrijp ik. Maar ja, wat is Nederlands? Als ik begrijp wat de ander zegt dan hoeft het nog geen Nederlands te zijn. Gaat een moeilijk puntje worden voor de dames en heren die deze regel uitwerken. Ik schat dat er een speciaal Ministerie voor moet komen. Kijk nou eens naar de man die pakjes bij ons komt brengen. En wij krijgen heel wat pakjes. Hij belt aan en ik ruk de huistelefoon van de muur met de vraag: “Wie is daar?” Zijn vriendelijke antwoord luidt dan: “Izze TPG. Hebbe pakje. Doe je deur open? Leg op trap.” Ik begrijp die man volkomen maar Nederlands is het niet. Toch doe ik altijd vrolijk de deur open en ren naar beneden (dat is een heel eind) om mijn pakje van de trap te plukken. Nu heeft hij ook collega’s die wel foutloos Nederlands spreken. Die lossen het heel anders op. De bel gaat en ik ruk weer aan die huistelefoon. Op de vraag wie daar is hoor ik dan: “Teeeee Peeeee Geeeee !”. En verder niks. Kijk, daar krijg ik dan de Peeeee over in dus ik roep dan: “Wat wilt u?” Is het verbeelding of bespeur ik vervolgens enige irritatie in de reactie? “Een pakje !!! Doet u de deur even open JA !” Keurig Nederlands. Helemaal volgens de Verdonknorm. Doe mij maar Izzy TPG zoals ik hem inmiddels noem. Is trouwens een veel leukere jongen om te zien ook. Maar dat is weer een ander verhaal.