Categoriearchief: In de winkel

Boodschappen doen bij de Lidl

Boodschappen doen bij de Lidl kan uitermate irritant zijn maar dat ligt helemaal aan jezelf. Je moet nooit vergeten je humorknop op “aan” te zetten anders wordt het niks en daar heb je alleen jezelf mee.
Want bij de Lidl kan het helemaal niemand iets schelen op wat voor manier jij je boodschappen doet. Als je ze maar doet. En daarna snel oprotten. Wegwezen. Eruit!

Ik ga het liefst op maandagmiddag. De halve winkel is leeggesloopt door de zaterdagklanten en met enorme haast is men bezig om de nieuwe aanbiedingen (die starten op maandag) neer te plempen en de op zaterdag ontstane gaten te vullen.
Daartoe maakt men gebruik van grote verrijdbare palletdingen die hoog opgestapeld zijn met kratten, kisten en dozen. Deze palletgevallen worden bij voorkeur in de te smalle paden schuin neergezet zodat doorgang met een winkelwagentje vrijwel onmogelijk wordt.
Van de ingang naar de zuivel (halverwege) heb ik al zeker 24 keer “pardon, mag ik er even langs” geroepen. Geïrriteerde blikken en nijdig opzijschuiven van de verrijdbare palletdingen zijn het gevolg. Als je geluk hebt. Anders moet je omlopen.
Als je iets niet kunt vinden en je zoekt vervolgens een personeelslid om de weg te vragen dan zijn ze ineens allemaal spoorloos verdwenen. Foetsie. Nergens meer te bekennen. Heb je het geluk dat er toch eentje te pakken hebt dan moet je heel d.u.i.d.e.l.i.j.k spreken anders is de kans groot dat je niets anders terugkrijgt dan een schouderophalen en een vragende blik. Het is een communicatie zoals bij de Chinees. Numma hoenda atteveerta?
Ja hoor, doet u maar. Zal wel goed zijn.

Bij de kassa aangekomen kijk ik altijd of mijn favoriete kassière er is. Die heeft de neiging om voortdurend half omgedraaid in haar stoel de boodschappen langs de PIEP te halen. Ze praat dan namelijk tegen de collega die achter haar zit. Vanwege het feit dat ze half omgedraaid zit heeft ze vaak niet in de gaten dat de PIEP niet klinkt en dat de boodschappen onafgerekend blijven.
Afgelopen week mocht ik getuige zijn van het feit dat ze halverwege een volle (hele volle) band met boodschappen op het verkeerde knopje drukte en niet meer wist waar ze gebleven was. Geen nood. Ze ging op goed geluk ergens verder en verzocht de klant in kwestie om de bon goed na te kijken want “waarschijnlijk stond niet alles erop.” Zelden een klant zo hard zien lachen.
Als mijn boodschappen in een razende vaart langs de PIEP gesleurd zijn en achteloos op het heel kleine blad naast de kassa op een hoop geschoven liggen roept de dame in kwestie wat ik moet betalen. Ze noemt alleen het bedrag en geen alstublieft ofzo.
Op mijn gemak doe ik dan eerst alle artikelen terug in mijn wagentje. Spijtig voor de rest van de rij maar ik heb geen haast. Halverwege de stapel vraagt de kassadame ietwat pissig: “Gaat u pinnen???”
“Nee” zeg ik “ik ga contant betalen.” Om vervolgens rustig door te gaan tot alles in mijn wagentje ligt. Pas daarna pak ik mijn portemonnee om af te rekenen.

Gelukkig moet ik gedurende de week nog een paar keer terug want de dag dat ze alle artikelen uit het advertentieblaadje ook daadwerkelijk in voorraad hebben is nog niet aangebroken.
Neem de tijd, kijk goed om je heen, doe net alsof je een bijrol hebt in een komische serie van heel slechte kwaliteit en geniet! En niet dat humorknopje vergeten aan te zetten.

In de rij bij de Bruna

Altijd druk bij de Bruna op zaterdag en dus een rij bij de kassa. Gelukkig gaat er een tweede kassa open en snel schiet de achterste helft van de rij naar de tweede kassa. Zodoende zijn die mensen dus eerder aan de beurt dan de paar die niet rap genoeg reageerden. Je kent dat wel. Het komt vaker voor. Ervaren winkelpersoneel voorkomt gekissebis door de zaken goed aan te sturen maar ervaren winkelpersoneel is te duur en dus ontslagen. De Bruna geeft de voorkeur aan goedkope, onervaren en van niets wetende zaterdaghulpjes. Dus moeten de mensen zelf zo’n situatie oplossen.

Nietsvermoedend sloot ik aan in de ene rij bij de kassa. Onmiddellijk werd ik door een dame uit de andere rij betrokken bij een discussie waarvan ik het begin niet had meegemaakt.
“U staat daar verkeerd hoor. U kunt beter hier aansluiten. De mensen die voor u staan zijn voorgepiept en die denken dus dat ze beter zijn dan ons allemaal.”
“Ik sta hier goed” zei ik. “Geen haast en op zaterdag naar de Bruna is mijn wekelijkse Zen-oefening in geduld. Geen zin om me druk te maken.”
“Nou ik wel!” Ze begon nu te bijten en te krabbelen. “Ik vind het asociaal! Die mensen snappen toch zelf ook wel dat dit asociaal is?”
“Misschien wel” zei ik “maar misschien is het ook helemaal geen boze opzet. En weet u wat ik vind? We zijn allemaal tegen oorlog en ellende in het groot. Misschien moeten we eens in het klein beginnen om daarmee te stoppen. Al die nijd. En waar gaat het over? Over drie minuten. In die drie minuten kunnen we even een praatje met elkaar maken. Een stukje lezen in de krant die je straks gaat afrekenen. Om je heen kijken en het leven overdenken. Maar nee, u kiest ervoor om te gaan staan foeteren en schelden. U kiest ervoor om uw kind (meisje van rond de 8 jaar stond erbij) te leren hoe we niet met elkaar om moeten gaan. U doet maar. Ik doe niet mee.”

Ze was inmiddels aan de beurt en na het afrekenen stormde ze de winkel uit. Wat ze ondertussen mompelde was niet te verstaan en dat was waarschijnlijk maar goed ook.
De jonge vrouw voor mij keek achterom en produceerde een bibberend lachje. Beetje natte ogen ook. Duidelijk een type die voor geen millimeter raad weet met zo’n situatie en die er waarschijnlijk de rest van de dag last van gaat hebben. “Diep ademhalen en straks fijn een bloemetje voor jezelf kopen” zei ik.
Denk nou niet dat ik altijd zo’n vredelievend figuur ben. Normaal gesproken is de kans groot dat ik totaal uit mijn verschoning schiet. Maar vandaag niet. En misschien morgen ook wel niet. En overmorgen zien we wel weer verder.

Een dag niet boos geworden is een dag beter geleefd.

Te oud voor kindjes

Buiten de supermarkt staan veel kindjes te wachten op aardige mensen die hun voetbalplaatjes willen afstaan. Maar de slimste liep in de supermarkt. Met grote ogen keek hij naar de volle kar die ik richting de kassa duwde.
Hij greep zijn kans en vroeg: “Hebt u kindjes?”
“Ik heb geen kindjes” zei ik waarop hij constateerde “Nee, daar bent u te oud voor.”
Hij zweeg en pakte mijn kar om, zoals hij zei, “te helpen bij de kassa.”
“Joh, dat is fijn en dan wil jij zeker mijn voetbalplaatjes?” Hij keek mij aan alsof dat idee hem nog niet te binnen was geschoten maar hij wilde ze wel heel graag hebben.
“Wacht maar buiten de kassa” zei ik. Dat deed hij braaf maar hij hielp ook om de boodschappen weer terug in de kar te doen. Ondertussen mocht ik mij verheugen in commentaar op wat hij allemaal aantrof op de band.
“U hebt katten.”
“Dat klopt en wel twee ook” zei ik.
Gelukkig beantwoorde hij veel van zijn eigen vragen. “Drinkt u die wijn allemaal zelf op? Nee, u hebt vast een feestje.”
Om halverwege blij te constateren: “We gaan vast over de 100 euro heen!”
Verder had ik niet de goeie pindakaas en bij de witte fles wasverzachter kreeg ik nog de waarschuwing “dat dat geen melk is hoor!”
Er zijn veel mensen in mijn omgeving die hopen dat ze mijn voetbalplaatjes krijgen.
Sorry allemaal maar deze slimme apekop kon ik echt niet weerstaan.