Categoriearchief: De rest

Open brief aan de koningin

Blog van gastschrijver PdeB

Nu alle feestelijkheden rondom de speciale verjaardagen van u en uw zus achter de rug zijn en zelfs alle herhalingen van de bijbehorende tv-verslagen daarvan ten einde zijn gekomen, wil ik toch eens een poging wagen om ook wat in de toekomst te kijken.
Van vele zijden wordt namelijk al geruime tijd gespeculeerd over uw mogelijke troonsafstand en de opvolging door de oudste zoon. Waarom zou ook een ‘gewone burger’ niet eens de stem laten horen.

In de diverse reportages van de laatste tijd kwam regelmatig uw kleindochter Amalia in beeld, bijv. bij haar eerste schooldag. Ontroerend te zien dat zij zo heerlijk een gewoon modern kind wil zijn en ook als zodanig zoveel mogelijk wordt opgevoed. Niettemin is het toch met alle media-aandacht een gedwongen sfeer en je hart gaat dan uit naar zo’n kleine meid. Het moeilijke afscheid nemen van de kleine op haar eerste grote alleen-dag door de ouders sprak ook boekdelen, al ging dat ook zoals dat overal elders duizenden keren gebeurt.
Dit, en eerdere dergelijke waarnemingen, bracht mij tot het volgende: waarom zouden we toch het feodale principe van erfopvolging in stand houden en daarmee telkens weer uw nieuwe familieleden opzadelen met iets wat zij wellicht niet wensen, maar waartoe zij zich bijna gedwongen zien. Juist dan zal het met die open houding van bijv. een Amalia snel gedaan zijn. Is vrijwilligheid hierin niet verre te prefereren? Dit zou te bereiken zijn door op enige termijn het koningsschap te verruilen voor een vrij verkiesbaar presidentschap. Wie zich daarvoor beschikbaar wil stellen doet dan dan tenminste uit eigen, vrije wil, iets wat ‘de Nederlander’ toch zo graag hoog in het vaandel houdt? Daarbij hoeft ook helemaal niet te worden uitgesloten dat Amalia naderhand zelf een poging kan wagen om verkozen te worden! Extra voordeel is natuurlijk ook dat bij eventueel tegenvallen van de presidentiële eigenschappen de regeringsperiode eindig is en er bovendien altijd de mogelijkheid bestaat tot tussentijdse actie. Dat ons land tot dusver veel geluk heeft gehad bij de opvolgingen is geen enkele reden om daar voor de toekomst vast op te mogen rekenen. Overigens is het vrees ik een illusie dat een dergelijke regeringsvorm minder kostbaar zou zijn, en het is bovendien ook van veel minder belang.

Zou het geen fantastisch handelen zijn, Majesteit, en van groots koningsschap getuigen, indien u, na uitgebreid familieberaad hierover, naar buiten kwam met de mededeling dat de Oranjes het bijv. na de komende regeringsperiode van Willem-Alexander voor gezien houden en het koningsschap wensen te verruilen voor een moderne regeringsvorm?
Niemand kan feitelijk uw familie beletten massaal afstand te doen!
Dan kan Amalia nu alvast als een echt gewoon mens opgroeien en later kiezen wat zij zich zou wensen en niet iets wat afstamming dicteert.
Daarmee zou Nederland ook weer echt op haar moderne toekomst zijn voorbereid.

De moderne slaaf

Blog van gastschrijver PdeB

Het is weer de periode van het jaar waarin elke directeur, commissaris of ieder ander die iets meent voor te stellen zich vergrijpt aan ‘de Nieuwjaarstoespraak’. Net als bij openingen van het ‘Universitaire jaar’ en bij het houden van een ‘inaugurale rede’ is het daarbij gebruikelijk dat minstens één aspect sterk uitgelicht wordt, dan wel via een extreme stelling in een bijzonder licht wordt gezet.
Gevaarlijk daarbij is dat er dan soms opnieuw zaken naar voren worden gebracht die al eerder in de schijnwerper stonden en toen, al dan niet na strijd, terzijde zijn gelegd. Het is dan alsof men probeert door herhaling alsnog zijn zin door te drukken.

Zo is nu dan weer het beruchte onderwerp ‘pensioenleeftijd omhoog’ weer van stal gehaald door de baas van EZ (Economische Zaken), Buijink, in diens nieuwjaarsartikel in een economenblad. Natuurlijk vindt hij dat die leeftijd omhoog moet om de ‘krapte op de arbeidsmarkt’ te bestrijden.
En let daarbij op: de mensen worden toch steeds ouder, dus doorwerken kan makkelijk! En langer werken per dag/week moet ook maar kunnen.
Alsof de mens geschapen zou zijn om alleen maar te werken, het liefst zo hard mogelijk, en bij voorkeur tot aan de dood, want dat scheelt weer pensioenuitkering. De moderne slaaf in optima forma! Dat vooral heertjes zoals Buijink het meest financieel profiteren van al deze inzet, daarover zwijgen zij angstvallig. “Maar ik werk toch ook door na m’n 65e?” hoor je zo’n directeur-generaal al roepen. Ja: bestuursfunctie hier, commissariaatje daar, en maar vangen. Nou wil ik hem toch eens aan de slag zien gaan als vuilnisophaler, stratenmaker, bouwvakker of in de verpleging, dan piept hij wel anders! Wellicht is het een idee om vanaf het 65e jaar de hoger- en lagerbetaalde banen met elkaar te laten ruilen? Dan kan de arbeider ook eens echt wat verdienen en leert de andere kant wat echt zwaar werk inhoudt, vooral als je ouder wordt.

Jarenlang is indertijd gestreden om die pensioenwetten en dergelijke met heel veel moeite voor elkaar te boksen, en nu zou de nieuwerwetse ‘hogere stand’ dat weer gaan ondermijnen en afbreken? Oude tijden herleven!
Nee, het blijft opletten met zulke lieden. Het enige wat helpt, is er – eveneens met herhaling van argumenten – dwars tegenin te blijven gaan, anders zien we doorvoering van zo’n regeling echt nog eens waarheid worden.
Laten we met z’n allen nou toch goed het volgende overwegen. ‘Krappe arbeidsmarkt’ betekent: meer arbeid dan mensen. Dat kun je ook bestrijden door wat van die arbeid te laten vallen. Het heeft wat minder economische stijging tot gevolg, maar het mensdom als geheel zal meer rust krijgen en mogen genieten van het bereikte. Maar ja, daarvan gaan lieden zoals heer B. en de zijnen ernstig trillen en jammeren: daar gaat m’n winstmarge!

Sinterklaas in het land

Blog van gastschrijver PdeB

Gelukkig: Sinterklaas is weer in het land.
Sinds het afgelopen weekend waart de Goed-Heiligman weer bij nacht en ontij met zijn companen rond door onze steden en dorpen. Eigenlijk is het vreemd dat er niet meer wordt geprofiteerd door het inbrekersgilde van dit buitenkansje: geen mens die iets verdachts meent te zien, geen agent die het raar vindt dat een figuur in ouderwetse bisschopsmantel te paard, met een vervaarlijk eind staf met krul als slagwapen, optreedt als aanvoerder van een groepje ongeregeld, en deze opzettelijk donker (en daardoor onherkenbaar) geschminkte klauteraars vrijmoedig de tuinen en de daken opstuurt. “Om wat lekkers achter te laten en wat wortels voor het paard mee terug te nemen”. Ja, ja, wie het gelooft.
Maar het kleinste grut wel, hoor. Zie die gespannen koppetjes maar weer, daar bij de blijde inkomste: deels met de grootste verwachting, deels met een nauw bedwongen angst voor die grote, raargeklede vreemdelingen, waarvan vooral die donkere wel erg, en brutaal, tekeergaan. Maar je krijgt wel weer handenvol peper- en andersoortige noten naar je hoofd geslingerd.
Zoete herinneringen komen op zo’n moment vanzelf boven:
Als kind geestdriftig langs de aankomstkade heen en weer springend om wat van al die rondsuizende pepernoten proberen op te vangen, maar het meeste noodgedwongen moeten oprapen, en dan bij papa terugkerend merken dat hij maar liefst enkele handen van heeft gevangen! En nog helemaal schoon, en veel mooiere ook! Hoe doet-ie dat toch? Ja, natuurlijk wil ik best ruilen voor de mijne: die zien er maar zielig en nogal vuil uit, (ja raar, ha, op zo’n smerige havenkade). Nee, papa was de held, die had zelfs schuimpjes weten te vangen, nou, en die had ik nog helemaal nergens langs zien zeilen!
Of die keer dat moeder met ons kinderen op een koude zaterdagavond in de koude, slechtverlichte winterse keuken zat (alleen in de huiskamer brandde de kolenhaard) en ons aanmoedigde tot Sinterklaasgezang, totdat opeens vreemd geschuur en geschuifel op het plaatsje achter hoorbaar werd, gevolgd door reuze gebonk op de achterdeur. Wij verstomden geschrokken en toen werd de deur op een kier opengerukt en verscheen een dreigend zwaaiende arm van Zwarte Piet. Nog niet bekomen van die schrik vlogen ons vervolgens met daverend geweld knotsen van pepernoten en bonken van kruidnoten om de oren, met een geraas of er een mud kolen werd gestort. Het enige wat moeder kon uitbrengen was een met een roodaangelopen hoofd geroepen: “Vooruit, jongens, doorzingen. Zingen, hoor!” Knal, de achterdeur weer dicht, en toen begonnen wij al zingend op te merken dat deze pepernoten toch wel erg veel weg hadden van gewone aardappels, ongeschilde piepers, zogezegd. Wat bleek? Half op de aanrecht had, precies binnen het bereik van Zwarte Piet, een grote teil halfvol aardappels voor de zondag klaargestaan en die was dus compleet met de echte pepernoten door de keuken heen gezwiept. Toen wij de echte noten overal tussenuit geplukt hadden, kwam vader binnenstappen die prompt onthaald werd op opgewonden en geestdriftige verhalen over het voorval.
Wij begrepen best dat hij chagrijnig keek: hij had dat evenement natuurlijk zelf ook willen meemaken! En dan had-ie intussen ook nog ergens een pijnlijke hand opgelopen, nota bene. Mama keek ook al zo vreemd en had er zelfs tranen van in de ogen. Gelukkig bood zij papa als troost ook een handje piepers aan.

Gelukkig maar dat Sint weer onder ons is. Dat hij nog maar vele jaren moge leven en telkens weer nieuwe generaties kinderen mag boeien en hun de mooiste herinneringen voor later mag schenken!