Maandelijks archief: december 2006

Trouwerij

Je zou toch zeggen dat wij in 2006 (bijna 2007) een aantal zaken heel normaal vinden. Dat wij nergens meer van opkijken. Dat wij zonder blikken of blozen dingen als vanzelfsprekend accepteren. Wij zijn tenslotte Nederland en geen achtergebleven gebied zoals de US of A. Wij zijn geen derde wereld land. Wij volgen het nieuws en het leven op de voet.
Je zou dat inderdaad zeggen. Maar lees en huiver. Hier volgt een verslagje van een gesprek met een dame die iets jonger is dan Cornette herself.

Op de vraag of er met ons op een bepaalde datum een afspraak te maken was groef ik in mijn geheugen en zei: “Nee, want dan trouwen twee van onze vriendinnen. Dus dan kunnen wij niet.”
“Jammer” zei de overkant “wel een drukke dag voor jullie met twee bruiloften.”
“Twee?” zei ik “Het is maar één bruiloft.”
“En je zegt net dat er twee vriendinnen trouwen.”
“Dat klopt.” zei ik.
“Hoe zit dat dan?” vroeg ze.
“Net wat ik zeg. Er trouwen twee vriendinnen.”
En verhip lieve webloglezers, ik zag en hoorde de bliksem inslaan in die hersenpan.
Ogen als schoteltjes en een rond “o”-mondje waar een verbaasd zuchtje uit pufte.
“Met elkaar?” piepte het mondje.
“Dat hopen wij van harte” zei ik “anders is de dag naar de knoppen.”
“Zo zo” zei het mondje weer “dat is nogal wat.”
“Dat is zeker” zei ik “want het is zo’n geweldig stel die twee.”

Verder hebben wij er beiden maar het zwijgen toegedaan. Wij voelden wel dat wij op een totaal andere golflengte aan het uitzenden waren.
Zo gaan wij straks 2007 in. En zullen we nu eens afspreken dat vrouwen die van een vrouw houden of mannen die van een man houden geen onderwerp van gesprek meer zijn?
Dat wij de bijbehorende woorden schrappen uit het woordenboek? Zelfs als we die woorden zogenaamd verkeerd spellen om zodoende grappig uit de hoek te komen?
Dat lijkt mij nou een goed plan en hoog tijd ook want ik heb het er helemaal mee gehad.

Fout plan van een BIM

De buitengewoon intelligente geleerde Stephen Hawking heeft een waarschuwing de wereld ingesmeten. Zijn woorden bleven een beetje in mijn achterhoofd rondtollen en dat is altijd een bijzonder slecht teken. Deze BIM (Buitengewoon Intelligente Man) is namelijk van mening dat wij mensen zo snel mogelijk de ruimte bewoonbaar moeten gaan maken. Wij staan namelijk op het punt om onszelf te vernietigen en dan zijn wij er niet meer. Wij sterven uit. Nu vind ik dat van zo’n BIM een ietwat dom plan. Om twee redenen.
Ten eerste hebben wij van deze planeet een enorme puinzooi gemaakt. Als wij onszelf naar de ruimte verplaatsen dan maken we vervolgens van de ruimte een puinzooi. Sterker nog. We wonen er nog niet eens en nu al is mijn linnenkast heilig vergeleken bij de ruimte om onze planeet heen. En dat wil wat zeggen. Waarschijnlijk komen we ook binnen een week na aankomst op een andere planeet in een planetenoorlog terecht. Of we leggen zo’n hemelbol helemaal vol met landmijnen ofzo.
Ten tweede zie ik absoluut niet in waarom de mens niet zou uitsterven. Wat is daar mis mee? Opgeruimd staat netjes en dood gaan we toch. Mist helemaal niemand iets aan. Deze planeet zal er zeer wel bij varen als wij collectief opzouten. Iedere dag sterft er van alles uit. Dieren en planten. Missen we ook niet. Dat is al miljoenen jaren zo. Hebben wij ooit de Dinosaurussen gemist? Kijken wij weleens uit het raam met de gedachte dat een tyranosaurus rex wel leuk zou zijn om voorbij te zien komen? Missen wij de Mammoet? De doorsnee dierentuin is niet eens groot genoeg om zo’n beest een plek te geven. De Dodo dan misschien? Schijnt nogal taai vlees te zijn geweest.
Blijkbaar is deze BIM van mening dat de mens niet zou mogen uitsterven omdat wij iets bijzonders zijn. Zal best maar ik zie het niet. Deze planeet en misschien wel ons hele melkwegstelsel zal ontzettend opknappen na ons vertrek.
Alles kan weer ongeremd groeien en bloeien en niemand meer die het verziekt.

Casema

Vandaag, tussen half negen en half één, zou de monteur van Casema ons wel even aansluiten op telefonie en internet. Om vijf voor half één kwamen er inderdaad twee monteurs. Niet van Casema maar van een ingehuurd bedrijf. Een hoopvol begin. De telefoon was zo in orde. Maar internet deed het niet. Na een half uurtje van alles en nog wat gedaan te hebben deed internet het nog altijd niet en vertrokken de ingehuurde monteurs met de mededeling dat zij hun dispatcher zouden waarschuwen en dat wij volgende week wel gebeld zouden worden om een afspraak te maken met een nieuwe monteur. “En nog een prettig weekend meneer, mevrouw.”
Na het vertrek van de heren keken wij elkaar aan om te zien wie van ons twee het eerst uit elkaar zou ploffen. Ik dus. De Man niet. Die zei ijzig kalm: “Die gasten zijn niks meer dan slechtgetrainde aapjes. Op het moment dat de banaan van een andere kant komt dan weten ze het niet meer.” Hij greep de telefoon en belde de technische afdeling van Casema. Daar kreeg hij iemand aan de telefoon die zijn eigen geheime taal sprak en verstond. Samen babbelden ze tien minuten in computergekkendialect en vrolijk stroomde de wereld via internet ons huis binnen. De Man zwiert en zwabbert onder de bureau’s en prikt doosjes in stopkontakten, kijkt steeds of er iets “ping” doet om vervolgens weer met de volgende computer verder te gaan.
Straks gaat mijn computer over. Waar ik dan nu nog zit te internetten? Bij Planet want de opzegging is blijkbaar niet verwerkt.
Ach ja, er moet toch wel iets fout gaan.